De opening

Langzaam druppelden de deelnemers bij het Stookkamp binnen. Nadat ze ingeschreven waren konden ze naar hun patrouille, zaag, hout, rook, vuur of bijl. Elke patrouille heeft acht kinderen en één leiding, die elke dag doordraaien naar een andere patrouille.

Langzaam druppelden de deelnemers bij het Stookkamp binnen. Nadat ze ingeschreven waren konden ze naar hun patrouille, zaag, hout, rook, vuur of bijl. Elke patrouille heeft acht kinderen en één leiding, die elke dag doordraaien naar een andere patrouille.

De één uit Rotterdam, de ander uit Zutphen, Den Haag, Rijen en Sprankapelle waren ook vertegenwoordigd. En waarom het Stookkamp? De waterscouts waren daar snel duidelijk over, ‘zeilen doen we altijd al’. Vorig jaar was het kamp jammer genoeg al vol, maar dit jaar waren ze er wel op tijd bij. Een ander vertelde dat je bij andere kampen alleen maar moest lopen, hij wilde ‘gewoon vuurtje stoken’. Velen kwamen voor de zoveelste keer naar een HIT, sommigen kwamen samen, anderen kwamen heel stoer in hun uppie. Het contact was snel gemaakt binnen de patrouilles, dus de eenzaamheid werd snel ingeruild voor gezelligheid.

Toen alle tenten stonden begon de spectaculaire opening, uiteraard met vuur. Een kettingreactie van lopende vuurtjes zorgden voor het hijsen van de vlag en uiteindelijk een spetterend en rokend vuur. Na deze opening werd er gestart met een kennismakingsspel; groot kwartet waarbij twee onbekenden aan elkaar gebonden zaten met een touw.